Ik las net weer een interessant boek. 'Sahara, stad en savanne. Een reis door Mali en Niger.' van Jan Kees van de Werk. Poëtische beschrijvingen over het alledaagse leven, die voor mij heel herkenbaar zijn en direct en boeiend geschreven. Een andere rode draad door het boek is ontwikkelingssamenwerking. De schrijver maakte een reis door Mali en Niger en bezocht op verschillende plaatsen zowel in de steden als 'en brousse' kantoren van het SNV, het Nederlandse ontwikkelinsapparaat.
Tot mijn grote vreugde - hmm, beter frustratie - kwam hij op het einde van zijn boek tot hetzelfde besluit als ik, na enkele jaren in Mali. De gewone Malinese burger voelt weinig tot niets van de 'goede daden' van de grote organisaties met ronkende, fonkelende namen: UNICEF, USAID, SNV, BTC (Belgische Technische Coöperatie)... Blitse terreinwagens én salarissen voor de medewerkers, maar daarbuiten? Wat ik al een tijdje meen en waarneem en wat dus (tot mijn vreugde) bevestigd werd door Jan Kees van de Werk is wat echt werkt de kleinschalige projecten zijn, van mens tot mens. Groepen vrienden, kennissen, gelijkgestemden die in Europa een organisatie opzetten, zelf inzamelen en organiseren en zelf ook ter plaatse komen bijstaan. Een intense band groeit tussen bevoorbeeld een gemeente in Europa en een project in een Malinese gemeente. Projecten die dikwijls jaren lopen en werken...
Ik ben de eerste om toe te geven dat ELKE Westerling die zich in Afrika (of enig welk behoevend land) vestigt een soort Jezus-drang heeft. De vraag is dan niet zelden of het oprecht gaat over goede daden of eerder de verheerlijking ervan door derden, niet in de laatste plaats de burgers van diezelfde behoevende landen. Het is een vraag die bijna dagelijks door mijn hoofd spookt: wat kan ik / wat kunnen wij hier nog doen? Maar zoals ik dikwijls antwoord aan reizgers die hier passeren: je doet zoveel door te komen. Je geeft de chauffeur en de gids werk; de hotels ook maar ook hier zijn de betere hotels zelden in handen van Malinezen. Toch komt er geld binnen op deze manier. Toerisme wordt in Mali stilaan één van de topinkomsten.
De honger die de blanke man denkt te stillen in Afrika is niet zelden die van hemzelf naar erkenning en bejubeling.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten